Vanavond alweer het vierde deel van de Kiki cursus bij Welkom Kind Midden en West Brabant.. BIjna in de helft van de totale cursus zoals mijn collega’s al zeiden. Tijd gaat toch enorm snel, ook weer vanavond.
Zoals gewoonlijk werd als eerste het huiswerk besproken. In paren moesten we bekijken wat de andere gedaan had ivm de inrichting van de ruimte en daar dan positieve feedback over geven zoals we geleerd hadden tijdens de vorige bijeenkomst. In het sandwichmodel dus. Dat is en blijft moeilijk, maar door veel te oefenen lukt het steeds beter. Voor sommige is het feedback geven niet gemakkelijk, zij voelen zichzelf er slecht bij omdat ze denken dat kritiek geven, dat is niet zo. Onze lesgeefster gaf als raad mee om het feedback geven niet bezien als kritiek geven, maar wel als tips geven.
Daarna gingen we over tot de orde van de dag. Vandaag behandelden we een erg belangrijk onderwerp in de ontwikkeling van een kind, namelijk de sociaal-emotionele ontwikkeling. Deze ontwikkeling is erg belangrijk voor elk kind maar is soms ook erg moeilijk voor kinderen (en volwassenen!) Iemand die erg onzeker is zal vaak ook min of meer problemen hebben in de sociaal- emotionele ontwikkeling of als volwassene problemen met omgaan met gevoelens of anderen. Voor zelfzekere mensen gaat dat allemaal iets gemakkelijker, maar vanzelfsprekend lijkt het toch nooit helemaal te worden.
Als eerste moesten we ons inbeelden dat we een blokkade overwonnen en welke gevoelens we daar dan bij de overwinning krijgen. Hieruit bleek dat de meeste gevoelens positief zijn zoals blij, trots, opgelucht…. Onzekere kinderen lopen vaker en meer tegen blokkades aan en het is natuurlijk onze taak om hen te helpen die blokkades te overwinnen. Dat is duidelijk en normaal, maar…..hoe help je hen dan??
Wel dat doet ieder dus op zijn of haar manier! Belangrijk om weten is dat de ontwikkeling van kinderen het meest gebeurd tussen het 1e en het 20e jaar waarbij we dus met zekerheid kunnen stellen dat de ontwikkeling natuurlijk gepaard gaat met de ontwikkeling van de hersenen. Hieruit vloeit automatisch dat een 18 jarige dus nog niet volledig ontwikkeld is, al beweren ze zelf natuurlijk altijd van wel. Het is blijkbaar wetenschappelijk onderzocht dat de hersenen nog niet volledig ontwikkeld zijn op die leeftijd. Volgens onze lesgeefster gaat het dan vooral om het voorste deel van de hersenen waarin onder andere planning en structuur worden geregeld. Daar moet ik aan denken volgende keer mijn puberdochter weer eens op zondagavond nog 1000 dingen moet doen aan haar huiswerk. Rustig ademen en als een mantra het volgende opzeggen: “ze kan er niks aan doen, ze kan nog niet plannen, haar hersenen zijn nog niet genoeg ontwikkeld daarvoor”…. Dat geeft waarschijnlijk een hoop minder frustratie!
Verder is het natuurlijk ook belangrijk om er bij stil te staan dat onze maatschappij wil dat kinderen, hoe jong ook, scoren en liefst zo hoog mogelijk. Voor elke stap van de ontwikkeling hebben we lijstjes… op die leeftijd moet een kind dit en dat kunnen, eigelijk begint die score al bij de geboorte, met de apgar score. En natuurlijk is het belangrijk dat een pasgeboren baby goed ademt, dat de reflexen goed zijn, de huidskleur goed is enz…. maar moet dat perse met punten gelabeld worden? En zo gaat het verder, een kind moet vanalles, ook al kan of wil het kind dat soms nog niet op de leeftijd dat het kind dat zou moeten kunnen. Soms is er natuurlijk echt een achterstand, soms moet je gewoon wat geduld hebben en dat laatste wordt nogal vaak vergeten! Kinderen moeten kunnen proeven van successen op hun eigen niveau en soms betekent dat we onze eigen verwachtingen moeten aanpassen!
Daarnaast gaat de sociale en emotionele ontwikkeling altijd samen, een goede omgeving is daarbij een noodzaak! Sociale omgeving om de emoties te toetsen en te vergelijken. Ik kan mij voorstellen dat als je opgroeit in een gezin waar men heel de tijd op elkaar roept dat je dan als kind verbaasd opkijkt als je ergens komt waar niet geroepen wordt of omgekeerd….. Deze ontwikkeling is voor mij echt wel het voorbeeld van….. voorbeeld volgen. Emoties kan je natuurlijk niet veranderen en dat moet ook niet, maar je kan wel leren omgaan met gevoelens, de driftbuien van onze peuters zijn normaal op hun leeftijd, een kind van 10 dat gillend en krijsend op de grond ligt in de supermarkt omdat het geen snoepje krijgt is dat al iets vreemder en een volwassene in een driftbui is helemaal raar, op zijn minst gezegd en toch komt het voor! En misschien wel vaker dan we denken. Daarom dat wij als gastouders extra moeten opletten hoe we omgaan met gevoelens, natuurlijk mogen (ik durf bijna zeggen moeten) we onze gevoelens uiten, maar dan op een ‘volwassen’ manier. Boos zijn mag (noet soms) maar dan ga je als volwassene niet in een driftbui, je uit je boosheid op een andere manier. Zo ziet het kind hoet het ook zijn boosheid kan uiten, maar dat is natuurlijk een lange weg en eigelijk dwaal ik nu een beetje af van de inhoud van de cursus.
Dus…. terug naar de inhoud van de cursus!
Zelfvertrouwen en weerbaarheid gaan altijd samen en hoe groter het zelfvertrouwen van het kind, hoe weerbaarder het kind ook is. Kinderen die gepest worden (en ik keur pesten absoluut niet goed) zijn ook vaak kinderen met een laag zelfbeeld of weinig zelfvertrouwen. Pesters zien dat onmiddelijk en kiezen dat ‘zwakke’ kind eruit om te pesten, het kind voelt zich hierdoor slecht, verdrietig, het zelfvertrouwen zakt nog meer en de pesterijen gaan door. Zo wordt het dus een visuele cirkel of een neerwaartse spiraal. Belangrijk is dus om niet alleen de pesters aan te pakken maar zeer zeker ook het gepeste kind om te bekijken hoe je het kind kan helpen om weerbaarder te worden, maar ik wijk weer af, dus…..
terug naar de inhoud van de cursus of deze blog wordt wel heel erg lang…
Om kinderen goed te kunnen begeleiden in hun sociaal emotionele ontwikkeling is het ook erg belangrijk dat je zelf stabiel en sterk staat in je gevoelens. Gevoelen horen bij het leven, as simple as that! Als je zelf je gevoelens (her)kent en beheerst dan leert het kind uit je voorbeeld, als je zelf vb verdrietig bent en je slecht voelt (en dat is menselijk) dan zal je die dag anders reageren, vooral als een kind dan ook nog eens extra zout op een (oude) wonde strooit, al dan niet bewust. En met sommige kinderen heb je nu eenmaal een iets mindere emotionele klik dan met andere kinderen.
Dat komt dan waarschijnlijk voort uit het feit dat het kind in een andere dimensie zit dan je eigen dimensie. Ik besef dat ik best eerst uitleg welke dimensies er zijn.
1. Emotioneel ondersteunen: Je bent er voor het kind, je begrijpt het kind, je vindt het kind de moeite waard.
2. respect voor autonomie: Je bevordert de zelfstandigheid van het kind en je respecteert de eigenheid van het kind. Je laat het het kind toe om te experimenteren en vooral: het kind mag fouten maken om daaruit te kunnen leren zonder dat je onmiddellijk ingrijpt
3. grenzen en structuur bieden: Dit geeft het kind houvast om zelfstandig activiteiten te ondernemen
4. Info en uitleg geven: Je geeft het kind info en uitleg om de wereld te leren begrijpen.
Natuurlijk handelt iedereen vanuit 4 bovenstaande dimensies, maar toch…. ieder heeft een ‘voorkeur’ voor 1 van de 4 en reageert dus meer vanuit 1 bepaalde dimensie. Uit een test die we moesten maken kwam naar voor dat de meeste gastouders van mijn groep in de eerste instantie structuur bieden, daarna volgt een grote groep met info en uitleg geven en dan was er nog een klein groepje die vooral emotionele ondersteuning geven. Ik behoor tot de emotionel ondersteuners…. Dat wil echter niet zeggen dat ik geen uitleg geef of geen structuur biedt.
Echter, toen de 4de dimensie (klinkt bijna als iets uit een science fictionreeks) erbij kwam, namelijk ‘respect voor de autonomie’ kozen toch veel gastouders voor deze dimensie. Persoonlijk vind ik dat ook de dimensie waaruit ik het meeste reageer en handel. Laat kinderen maar lekker de wereld verkennen op hun manier en tempo. Natuurlijk ben ik in de buurt om veiligheid te bieden, om grenzen te stellen, om emotioneel te ondersteunen en om uitleg te geven, maar…. waar nodig. Ik ga niet bij het kleinste foutje een uitleg geven, ik laat hen zelf ontdekken waar de fout zit en vooral…. zelf een oplossing bedenken. Zelfs al vragen ze mijn hulp dan nog zal ik hen aanmoedigen om een andere oplossing te bedenken en dan proberen we die samen uit. Kinderen zijn erg creatief in het bedenken van oplossingen voor alle problemen als je ze maar de kans geeft om oplossingen te bedenken. En nee, niet alle oplossingen proberen we uit, want soms komen er ‘filmoplossingen’ naar voor. Als de bal in de boom zit dan gooien we er geen baby in om de bal los te krijgen. Dit antwoord kreeg ik van Sem toen onze bal nogal hoog in de boom zat want: “Ja, Myriam, op tv bij gigagantisch van klein duimpje mag roodkapje ook met klein duimpje gooien om haar vlieger uit de boom te halen” Gelukkig heb ik ook een efteling fan in huis en weet ik dus waar hij het over heeft, maar hoe creatief die oplossing ook bedacht is…. dat doen we dus niet! Verder mogen ze wel lekker kliederen en knoeien, ja ook met eten, want dat moet ook ontdekt worden!
Nu we weten vanuit welke dimensie wij het meeste reageren kunnen we ook eens nadenken over in welke dimensie onze partner zich bevindt, vaak zit hij in een andere dimensie volgens onze lesgeefster. Dit zou zo zijn voor 90% van de koppels, maar dan behoor ik tot de andere 10 % want volgens mij zit GJ evenveel als ik in de dimensie van “respect voor de autonomie” dan ik en dat geeft soms wel eens heel euh…. leuke activiteiten voor de kinderen en heel verbaasde blikken van anderen. Wij laten kinderen vrij (binnen bepaalde grenzen) om zelf te ontdekken en ja dat gaat met heel veel vallen, opstaan en weer vallen en ja, dat gaat met kmoeien en opruimen en nog een keer knoeien, maar die snuitjes als iets wel lukt! Dat is gewoon super!