Verdriet en rouwverwerking bij jonge kinderen. Een Workshop-avond die me nog lang zal heugen.
De dood, een ondwerp die veelal nog in de taboe sferen verblijft, maar zo natuurlijk is. Het hoort bij het leven. Leuk of niet.
De eerste keer dat ik mij herinnerde met verlies in aanraking te zijn gekomen. Ik zat op de basisschool. Daar hadden we een Leerkracht die ik het jaar daarna zou krijgen. Die man, ik vond hem geweldig en was blij dat ik daar heen mocht. Tot we op een ochtend op school kwamen en we in de kring moesten gaan zitten en toen hoorden we dat die Leraar er niet meer was. Hij had zelfmoord gepleegd. Ik was dusdanig van de rel dat mijn moeder besloten heeft mij die middag thuis te houden.
Toen ik jonger was, vonden mijn ouders het niet nodig om me mee te nemen naar begrafenissen e.d. Want in hun ogen hoorde een kind daar niet bij. Niks mis mee, die tijd was anders. De eerste keer dat ik een kind bij een crematie zag, was de dag dat mijn opa gecremeerd was. Mijn grote nichtje (5 Jaar oud) had een goed contact met opa Koekie. En daarom had mijn zusje besloten dat mijn nichtje er bij mocht/kon zijn als zij dat wilde. Ze had zich goed voorbereid! Was naar het crematorium gegaan en had een boekje mee gekregen van de dela. Dat boekje heeft mij erg verrast en natuurlijk ook geïnteresseerd vanuit ‘werk’oogpunt. Het was een kinderboekje.
De eerste reactie bij mij van binnen was “nah! je neemt haar toch niet mee? dat doe je toch niet? dan ziet ze ons allemaal huilen” Maar nu, en zeker na de VVE-avond begrijp ik het een stukje beter.
Ik zag een beetje op tegen de avond, want het is tenslotte een beladen onderwerp. En ik verwachtte ook dat het een emotionele avond zou worden. Wij allemaal hebben te maken gehad met verlies. En nu een workshop. Maar aan de andere kant, vond ik het ook interessant om mee te maken. Want een voorbereid mens….. enfin.
De avond werd gegeven door Ron en Hester Baars van het VVE-programma Kiki.
De avond was wat later begonnen maar Hester begon met het voorlezen van een sprookje. Geschreven door Manu Keirse
Er waren eens drie bomen, die alle drie in een hevige storm een grote tak waren kwijtgeraakt.
De drie bomen waren elk op een andere manier met hun verlies omgegaan. Jaren later ging ik de bomen weer opzoeken. Gisteren heb ik ze weergevonden en gesproken.
De eerste boom rouwde nog steeds om zijn verlies en zei ieder voorjaar als de zon hem uitnodigde om te groeien: “Nee, dat kan ik niet want ik mis een belangrijke tak.” Ik zag dat hij klein was gebleven en in de schaduw stond van de andere bomen. De zon drong niet meer tot hem door. De wond was duidelijk zichtbaar en zag er naakt uit. Het was het hoogste punt van de boom. Hij was niet meer verder gegroeid.
De tweede boom was zo geschrokken van de pijn dat hij snel had besloten om het verlies te vergeten. Hij was moeilijk te vinden, want hij lag op de grond. Een voorjaarsstorm had hem doen omwaaien. Hij had zijn greep op de aarde verloren. De plek van de wond was moeilijk te vinden. Deze zat verstopt achter een heleboel vochtige bladeren en lag daar te rotten.
De derde boom was ook erg geschrokken van de pijn en de leegte in zijn lijf en hij rouwde om zijn verlies. Het eerste voorjaar toen de zon hem uitnodigde om te groeien, had hij gezegd: “Dit jaar nog niet.” Toen de zon het tweede voorjaar weer terugkwam met de uitnodiging, had hij gezegd: “Ja zon, verwarm mij zodat ik mijn wond kan verwarmen. Mijn wond heeft warmte nodig opdat ze weet dat ze erbij hoort.” Toen de zon het derde voorjaar weer terugkwam, sprak de boom: “Ja zon, laat mij groeien. Ik weet dat er nog zoveel te groeien is.” De derde boom was ook moeilijk te vinden, want ik had niet verwacht dat hij zo groot en sterk zou zijn geworden. Gelukkig heb ik hem herkend aan de dichtgegroeide wond die vol trots in het zonlicht werd gehouden.
Dat verhaal geeft perfect weer hoe we omgaan met verlies verdriet. Dat als we bij de pakken blijven neer zitten dat we ook niet meer verder kunnen ‘groeien’. Maar als we de tijd nemen om verdriet, verdriet te laten zijn dat we uiteindelijk uitgroeien, veel groter en sterker dan voorheen.
Voor de één duurt een verwerkings proces misschien maar heel even omdat er een lang rouwproces aan vooraf ging. Omdat je op die manier al aan het afscheid nemen bent. Te denken aan een lang ziekbed. Als ik ga kijken naar mijn oma, voordat die overleed. Ging er een periode van dementie aan vooraf. Het moment dat mijn oma heel slecht lag, waren we er allemaal bij. We hebben de laatste ademhaling meegemaakt van haar. Bijzondere ervaring. Ik had verdriet, maar toch ook vrede mee.
Terwijl er bij een ander 20 jaar overheen kan gaan. Omdat het misschien heel plotseling was of omdat een ander er gewoon langer over doet. Ook dit is per persoon verschillend.
Wij kregen 15 minuut de tijd om in groepjes van vier bij elkaar te gaan zitten om over ervaringen te spreken met verlies.
Natuurlijk werden 15 minuten uiteindelijk 20 minuten. Maar daarna gingen we weer verder met de workshop. Er mochten persoonlijke ervaringen gedeeld worden in de groep. Zo merkten dat dat je verlies nooit vergeet ook niet uit je jeugd.
In een rouwproces zijn vier taken belangrijk:
1) De werkelijkheid moet men onder ogen zien, erkennen dat die ander, dat andere er niet meer is, niet meer terug zal komen. Dat kost tijd. Niet alleen het weten met je verstand, ook het weten, laten doordringen in elke vezel van je lijf.
Een geur ruiken en dan de overledene in eens naast je zien staan, of op zijn/haar stoel zien zitten.
2) Het aanvaarden en ervaren van de emotionele pijn, die het gevolg is van het verlies. Angst om meer mensen te verliezen. Boosheid om wat je overkwam. Fysiek kan je ook ‘last’ krijgen van de pijn, geen zin meer om te eten, te leven etc.
3) Aanpassen aan de nieuwe situatie. Je leven opnieuw ‘herinrichten’. Dat wat je eerst met beiden deed, je nu alleen moet doen. Je toekomst plannen bijstellen.
4) Opnieuw leren houden van het leven, de liefde en mensen. Het verlies een plaats geven in je leven.
Wees vooral eerlijk tegen kinderen. Een kind zal oppakken wat het begrijpt. Ook al is een kind nog jong. Toch zal het meer begrijpen dat men denkt. Een kind dat in het ongewisse word gelaten zal het onrustig zijn en gedrag vertonen die onwenselijk is. Ook is belangrijk dat je kinderen drie dingen verteld over de dood.
1) Dood is onomkeerbaar. Wat dood is, komt niet terug als een kind zich bijvoorbeeld goed gedraagt. “maar papa als ik nu heel heel lief ga slapen, dan is mama morgen weer terug, toch?”
2) Als je dood bent voel je niks meer. Je lichaam voelt niets meer. Je ziel is een sterretje/lichtje/engeltje geworden.
3) Alles wat leeft gaat dood. Het is de harde waarheid. Maar ook kinderen hebben recht op die waarheid en verdriet.
Toen was er tijd voor een pauze. Een groep van 15 vrouwen die stil waren tijdens het eerste deel van de workshop is toch wel een unicum! Het duurde dan ook even vijf minuten voor het gekakel begon. Tja, we waren allemaal goed onder de indruk.
Na de pauze gingen we verder met de workshop. Het thema kinderen en verlies.
Een verhuizing of een scheiding kan voor een kind ook als verlies worden ervaren. Het verliest immers zijn veilige, stabiele omgeving.
Wat kan je doen om een kind voor te bereiden op de pijn/verandering die komen gaat bij bijvoorbeeld bij een scheiding.
1) Tijdig informeren, als de mogelijkheid is.
2) Uitleggen waarom de situatie veranderd.
3) Informeren wat er veranderd.
4) Verschil uitleggen tussen echtelijke liefde en ouderlijke liefde. “Mama? papa vind jou niet meer zo lief. Vind hij mij nog wel lief? ook al ben ik een beetje stout?”
5) Emoties toelaten. Dus boos of verdriet toestaan.
6) Positief beeld van beide ouders bewaren.
De laatste twee punten kunnen wij als gastouder in meehelpen. Als wij als gastouder de veilige stabiele factor blijven zal een kind zich durven te uiten. Dan zal het zijn verdriet kunnen tonen. Of juist de boosheid. En dan is het ook onze taak om dat positieve beeld van beide ouders te bewaren. Ook al hebben we hier in een persoonlijke sterke mening. Het is en blijft de ouder van het kind.
De sleutels voor de rouwverwerking.
1) luister echt. Neem de tijd. Ook al ken je het verhaal al, heb je het al tig keer gehoord. Het houd iemand bezig! Vergeet niet dat een rouwproces bij ieder mens verschillend is ook qua tijd.
2) Geef correcte, duidelijke informatie. Anders roept het alleen maar vraagtekens op. En daar word een kind heel erg onrustig van.
3) Geef warmte en genegenheid. Zorg voor die stabiele leefomgeving, waar een kind dan zo de behoefte aan heeft.
4) Zorg voor een herinnering. Een tastbaar iets. Fijne herinneringen.
De avond liep wat uit maar dat mag wel over een onderwerp als deze. Het was een intense avond. Met veel indrukken en toch ook wel emoties. Die we waarschijnlijk allemaal wel gevoel hebben. Maar niet zo naar buiten lieten komen. Ik kan vast nog veel meer dingen opschrijven want die komen nog in me op. Maar ik ben blij dat ik deze workshop heb gedaan. Ik weet nu hoe ik dingen moet gaan aanpakken als één van mijn oppaskindjes met verlies te maken krijgt.